Page 19 - Clubblad 5 - september
P. 19

19

Ondertussen was het begeleidende Ziggo-commentaar goed voor een
uitbreiding van mijn vocabulaire. Een bloemlezing. Max managet zijn pace.
Perez, hij is nu pumped up. Who is next. Bottas is taking the long way now.
Bottas gaat gewoon voor de snelste ronde. Ja. Hij denkt: ammehoela! The Buzz
die van de tribunes komt is prachtig. En de allermooiste: Max zit in zijn
Salsa. Mijn zoon en ik keken en luisterden, en vonden alles vermakelijk. De
popie jopie teksten van de commentatoren incluis. Hoe anders was dat nog in
1985, het jaar overigens dat de term Popie Jopie door het Pisa van Spaan en
Vermeegen werd geïntroduceerd. Aanleiding: de Paus kwam naar Nederland.
Enkele maanden na het hoog geëerde bezoek uit Vaticaanstad werd de laatste
Nederlandse Grand Prix van de vorige eeuw gereden, Zandvoort kwijnde weg
binnen een steeds commerciëler wordend perspectief. Ja, Ecclestone vond
Zandvoort nog steeds een fantastisch circuit, maar het kon niet meer uit, zeker
niet in een tijd dat het publiek nog gewoon het kaartje aan de kassa kocht en je
maar af moest wachten hoe véél mensen dat deden. Tijdens die laatste Grote
Prijs van Nederland reed Huub Rothengatter in de Osella FA1G de race uit,
maar hij haalde het eindklassement niet. Hij finishte 14 ronden na winnaar
Lauda, de voorganger van Verstappen in Zandvoort. Maar hij was wél
gefinisht. Dat was tijdens die jaren voor een Nederlandse coureur al vaak een
bonus zonder punten.
Bleven de punten vaak al ver uit beeld; een podiumplek bleef dat helemaal,
laat staan een Grand Prix overwinning. En geen Nederlander thuis haalde het
podium. Van Lennep werd in 1973 wél zesde, tijdens de race met een
inktzwarte rand, zoals Godin de Beaufort dat in 1962 werd. Maar daar groeide
ik niet mee op, die beelden zag ik later pas. Ik werd een beetje groot met Jan
Lammers. Hij wedijverde met de legendarische Ayrton Senna. Maar niet in de
Formule 1. Dat was voor de sympathieke coureur uit Zandvoort een kwestie
van verkeerde tijd, verkeerde plaats. Ecclestone wilde hem wel naar zijn team
halen, maar net op dat moment trok sponsor Theodorus Niemeyer de handen
van het Formule 1 avontuur af. Wisseling van de wacht in Groningen, einde
verhaal.
Zeker achteraf gezien greep Lammers naast een mooie Formule 1 carrière. Hij
maakte veel goed, zoals op Le Mans, waar hij in 1988 met de Jaguar XJR-9
(samen met Dumfries en Wallace) de snelste was. En in 1990 met zijn team in
de XJR-12 daar tweede werd. Maar de grootste overwinning uit zijn loopbaan
behaalde hij als directeur sportief van de Dutch GP 2021. In één klap zette hij-
samen met de andere verantwoordelijken- Zandvoort weer op de kaart.
Maar ik werd vooral groot met Huub, de verhalen over Rothengatter vond ik
altijd boeiend. De man wilde zó graag een rol spelen in de autosport dat hij er
alles voor over had, en zelf bovendien zijn sponsors binnenhaalde. Of via een
advertentie in De Telegraaf Philips uitnodigde om hem te sponsoren. Zo deed
   14   15   16   17   18   19   20   21   22   23   24